Klachtnummer: 050720.02
Beslissing van de Klachtencommissie van het Nederlands Instituut voor de Classificatie van Audiovisuele Media (NICAM)
Audiovisuele productie: televisieserie ‘Coverstory’, aflevering uitgezonden op 20 juli 2005 omstreeks 17.00 uur, hierna te noemen: de Aflevering
1. De procedure
Klager heeft op 20 juli 2005 een klacht ingediend over de Aflevering.
De voorzitter van de Klachtencommissie heeft de klacht conform artikel 6 lid 1 Klachtenreglement van het NICAM getoetst en bepaald dat de klacht in behandeling kan worden genomen.
Beklaagde heeft tegen de klacht geen verweer gevoerd. Wel heeft Beklaagde een reactie ingediend op 19 augustus 2005.
De Klachtencommissie heeft de klacht behandeld in haar zitting van 14 september 2005.
Klager noch Beklaagde heeft, na deugdelijke oproeping, gebruik gemaakt van de mogelijkheid zijn dan wel haar standpunt mondeling toe te lichten.
2. De bestreden audiovisuele productie
In ‘Coverstory’ moet een aantal verslaggevers van weekblad ‘De Ster’ wekelijks voor een omslagverhaal zorgen.
In de database van het NICAM wordt ten tijde van de klacht geen melding gemaakt van een classificatie van ‘Coverstory’. Bij gebreke van classificatie zijn er ook geen pictogrammen getoond voor of tijdens de Aflevering.
3. De klacht
De klacht richt zich op de inhoudscategorieën geweld (pictogram: vuistje) en angst (pictogram: spinnetje).
Verkort weergegeven voert Klager aan dat tijdens de Aflevering te zien is hoe een man een schot, met bloed en al, in zijn bovenlichaam krijgt. Daarna krijgt hij stompen in zijn gezicht en valt hij. Vervolgens wordt de man herhaaldelijk in zijn buik geschoten en wordt hij geschopt. Klager vraagt zich af waarom dergelijke beelden op woensdagmiddag op televisie vertoond worden.
4. Reactie Beklaagde
Beklaagde geeft aan dat Klager terecht melding heeft gemaakt van het ontbreken van de pictogrammen geweld/angst bij de uitzending van de Aflevering. De Aflevering is volgens Beklaagde blijkbaar niet adequaat geclassificeerd en had niet om 17.00 uur uitgezonden mogen worden.
5. Het oordeel van de Klachtencommissie
De Klachtencommissie acht Klager ontvankelijk in zijn klacht.
Volgens de ‘Handleiding voor Kijkwijzercodeurs van A tot Z’ dienen alle audiovisuele producties met behulp van het Kijkwijzersysteem geclassificeerd te worden. Het niet classificeren van producties is onder bepaalde voorwaarden geoorloofd, namelijk indien de productie wordt uitgezonden op televisie en de omroep ervan overtuigd is dat de productie zonder meer een Alle Leeftijden-productie is. In plaats van een classificatie vindt dan een beoordeling van de audiovisuele productie plaats aan de hand van het volledige classificatieformulier. Overigens blijft de omroep in dergelijke gevallen volgens de handleiding wel verantwoordelijk voor het beoordelingsresultaat en alle consequenties die hieraan zijn verbonden. De database van het NICAM bevat geen classificatie van ‘Coverstory’; de Klachtencommissie gaat ervan uit dat ‘Coverstory’ en dus ook de Aflevering niet geclassificeerd zijn volgens het Kijkwijzersysteem, maar beoordeeld.
Daar ‘Coverstory’ niet is geclassificeerd, heeft de Klachtencommissie het coderingsformulier 1.2 zelf toegepast op de Aflevering en behandelt hieronder de relevante vragen.
De Klachtencommissie is van mening dat vraag 1.1.3. (Is de productie een andersoortig fictie/dramaproduct?) met ‘ja’ beantwoord moet worden.
Ten aanzien van de inhoudscategorie geweld moeten vraag 2.2.1. (Hoe vaak komt er fysiek lijf-aan-lijf geweld voor?) en vraag 2.2.2. (Hoe vaak komt geweld met vuur-, slag- of steekwapens voor?) met ‘1 keer of vaker’ worden beantwoord. De Klachtencommissie doelt hier op de scènes aan het einde van de Aflevering waarin de ontslagen gevangenisbewaarder de crimineel Branie confronteert met zijn daden en vervolgens wordt neergeschoten, geslagen en geschopt. Aangezien de Klachtencommissie van mening is dat deze geweldsacties uitvoerbaar zijn, dient tevens vraag 2.3.1. (Zitten er geweldsacties in die door mensen uitvoerbaar zijn?) met ‘1 keer of vaker’ beantwoord te worden. Op grond van bovenstaande geweldsacties dienen zowel vraag 2.4.2. (Zitten er geweldsacties in die indringend zijn omdat het geweld hard aankomt bij het slachtoffer?) als vraag 2.4.3. (Zitten er geweldsacties in die indringend zijn doordat de inslag van de geweldshandelingen gedetailleerd in beeld worden gebracht?) positief beantwoord te worden. Tenslotte dient op grond van de genoemde scènes vraag 2.5.1. (Zijn er beelden van verwondingen ten gevolge van zichtbare geweldsacties?) met ‘1 keer of vaker’ beantwoord te worden.
De combinatie van geweld dat uitvoerbaar en indringend is, brengt de classificatie voor de inhoudscategorie geweld op 12.
Ten aanzien van de inhoudscategorie angst is de Klachtencommissie van mening dat de scène waarin de dochter van de gevangenisdirecteur tijdens het paardrijden wordt ontvoerd, leidt tot een positieve beantwoording van vraag 3.1.5. (Hoe vaak komt er in de productie fysiek geweld tegen kinderen (met uitzondering van kinderlijke vecht- en stoeipartijen) voor?). Vraag 3.1.7. (Komen er in de productie geweldsacties van levende wezens (mensen, dieren, monsters) waarbij mensen of dieren zichtbaar het slachtoffer zijn voor?) dient op grond van deze scène, doch ook op grond van de scènes waarin de ex-gevangenisbewaarder wordt neergeschoten, geslagen en geschopt, met ‘1 keer of vaker’ beantwoord te worden. Voorgenoemde scènes met de ex-gevangenisbewaarder leiden tevens tot een positieve beantwoording van vraag 3.3.2. (Komen er lijken van mensen in de productie voor?) en vraag 3.3.4. (Komen er verwondingen voor in de productie?). Al de angstwekkende situaties spelen zich af in een voor kinderen alledaagse omgeving, namelijk in een kerk en in een bos, waardoor vraag 3.4.1. die handelt over de alledaagse omgeving positief beantwoord moet worden.
De angstwekkende elementen zoals omschreven in het bovenstaande die zich afspelen in een voor kinderen alledaagse omgeving brengen de classificatie ten aanzien van de inhoudscategorie angst op 6.
De Klachtencommissie is bevoegd alle inhoudscategorieën van Kijkwijzer in haar beoordeling mee te nemen, ook wanneer daar niet expliciet over is geklaagd. Hier wordt dan gesproken over een ‘ambtshalve’ beoordeling. De Klachtencommissie is ten aanzien van de Aflevering van mening dat naast de categorieën waar de klacht zich op richt, te weten geweld en angst, ook de inhoudscategorie grof taalgebruik een rol speelt. In het onderstaande zal de Klachtencommissie derhalve de relevante vragen ten aanzien van deze inhoudscategorie ambtshalve behandelen.
In de inhoudscategorie grof taalgebruik moet naar de mening van de Klachtencommissie vraag 7.1.1. (Komt er in de productie grof taalgebruik (vloeken, schuttingtaal) voor?) met ‘ja’ beantwoord worden. Hier doelt de Klachtencommissie onder andere op de woorden ‘slet’ en ‘stoephoer’ die worden geuit in de scènes zoals omschreven bij de inhoudscategorie geweld. Grof taalgebruik leidt, in tegenstelling tot de andere inhoudskenmerken, niet tot een bepaalde leeftijdsclassificatie, omdat er geen onderzoek is gedaan dat uitwijst dat grof taalgebruik voor een bepaalde leeftijdsgroep potentieel schadelijker is dan voor andere. Er kan dus niet worden aangetoond dat grof taalgebruik bijvoorbeeld schadelijker zou zijn voor kleuters dan voor wat oudere kinderen van een jaar of 12. Er is echter gebleken dat ouders en opvoeders graag gewaarschuwd willen worden als er grof taalgebruik voorkomt in een productie. Om die reden is er wel voorzien in een pictogram voor grof taalgebruik.
De classificatie voor de Aflevering komt hiermee uit op de classificatie 12, op basis van de inhoudscategorie geweld, met de toevoeging voor grof taalgebruik.
Nu de Klachtencommissie zich slechts ambtshalve uit kan spreken over de inhoudscategorie grof taalgebruik, kan zij deze beoordeling slechts in overweging meegeven aan Beklaagde. Volgt Beklaagde hetgeen de Klachtencommissie in overweging geeft niet, dan heeft het geen consequenties voor Beklaagde en zal dit op zichzelf derhalve niet kunnen leiden tot enige sanctie zoals genoemd in artikel 13 van het Klachtenreglement.
De classificatie 12 heeft als consequentie dat de Aflevering conform artikel 5.1. Deelreglement Televisie alleen na 20.00 uur mag worden uitgezonden.
De Klachtencommissie is van mening dat hier sprake is van een serie in de zin van het Seriebeleid van het NICAM dat geldt vanaf 22 maart 2005, omdat ‘Coverstory’ een dramaproductie is met afleveringen met eenzelfde titel en een redelijk op zichzelf staande verhaallijn. Beklaagde dient de serie ‘Coverstory’ daarom conform het Seriebeleid te classificeren. Uit dit Seriebeleid blijkt dat Beklaagde de keuze heeft om de serie steekproefsgewijs te classificeren, met inachtneming van hetgeen is besloten door de Klachtencommissie in deze uitspraak, of om elke aflevering van de serie afzonderlijk te classificeren.
6. De beslissing van de Klachtencommissie
Gelet op het hiervoor overwogene acht de Klachtencommissie de klacht ten aanzien van de Aflevering gegrond. De classificatie van de Aflevering dient uit te komen op 12 op basis van de inhoudscategorie geweld. Daarnaast geeft de Klachtencommissie Beklaagde in overweging aan de classificatie van de Aflevering de inhoudscategorie grof taalgebruik toe te voegen.
Beklaagde dient de Aflevering en derhalve de gehele serie al dan niet steekproefsgewijs, met inachtneming van deze uitspraak van de Klachtencommissie en hetgeen staat verwoord in het Seriebeleid, te classificeren.
De Klachtencommissie gaat over tot het opleggen van een sanctie, nu Beklaagde ten onrechte de Aflevering niet heeft geclassificeerd.
De Klachtencommissie gaat conform artikel 13 lid 1 onder C Klachtenreglement van het NICAM over tot het opleggen van een boete aan Beklaagde, nu er in een eerdere uitspraak (klachtnr. 020313.01: promo ‘Someone To Watch Over Me’) tegen Beklaagde een klacht gegrond is verklaard en er in een andere eerdere uitspraak jegens Beklaagde naast een gegrondverklaring tegen Beklaagde ook reeds een boete werd opgelegd (klachtnr. 031022.03: ‘Willie & Nellie’, aflevering 11).
Beklaagde is een landelijk opererende omroep. Uit de Sanctierichtlijn van de Klachtencommissie NICAM, vastgesteld op 9 september 2004, blijkt dat er twee soorten overtredingen bestaan, te weten een categorie A overtreding (‘inhoudelijke overtredingen’) en een categorie B overtreding (‘overtredingen in de uitvoering’). Per categorie A overtreding wordt een landelijk opererende omroep een boete van € 2000,- opgelegd. Hier bestaan echter uitzonderingen op indien de ernst van een omissie dermate groot is dat dit een hogere boete rechtvaardigt. De onderhavige overtreding valt binnen de categorie A; de Aflevering is ten onrechte niet geclassificeerd. Het ten onrechte niet classificeren van de Aflevering brengt volgens de Sanctierichtlijn een verzesvoudiging van het bedrag met zich mee dat opgelegd wordt indien er een inhoudelijke overtreding is gepleegd; voor Beklaagde komt dit uit op een boete van € 12.000,-.
Partijen hebben, voor zover zij in het ongelijk zijn gesteld, de mogelijkheid tegen deze uitspraak beroep aan te tekenen bij de Commissie van Beroep van het NICAM. Het beroepschrift dient binnen vier weken na dagtekening van de uitspraak van de Klachtencommissie schriftelijk bij de secretaris van de Commissie van Beroep te worden ingediend. Het adres luidt: NICAM, Commissie van Beroep, Postbus 322, 1200 AH Hilversum.
Hilversum, 10 oktober 2005