De klacht betreft de aflevering ‘Land of the Free, Home of the Brave’ van de serie ‘Factor’. Deze aflevering is door beklaagde geclassificeerd en uitgekomen op 6 jaar en ouder (6) op basis van geweld (pictogram: vuistje).
Klager zag de herhaling van het programma, wat schokkende beelden bevatte met veel geweld en grof taalgebruik. Het werd op een heel ongelukkig tijdstip, namelijk ’s middags, uitgezonden.
Beklaagde was zich bewust van de schokkende en gewelddadige beelden. Daarom heeft beklaagde de aflevering officieel geclassificeerd. Deze classificatie is uitgekomen op 6 op basis van geweld. Indien beklaagde twijfelt over de classificatie van een programma dan kiest deze voor de veilige weg. Voor beklaagde is het van belang dat de Klachtencommissie beoordeelt of de classificatie terecht is. Daar wordt duidelijk mee of er streng genoeg met de criteria wordt omgegaan zoals die in het coderingsformulier worden gesteld. Beklaagde is zich bewust van de verantwoordelijkheid die zij draagt.
De Klachtencommissie heeft het coderingsformulier versie 1.1 zelf toegepast op de aflevering van ‘Factor’ en heeft het volgende geconcludeerd. Aangezien de vragen 2.2.3 (Komt er oorlogsgeweld voor?) en 2.3.1 (Zitten er geweldsacties in die indringend zijn door de hardheid van de dader?) bevestigend beantwoord moeten worden, dient de classificatie met betrekking tot de inhoudscategorie geweld uit te komen op 12 jaar en ouder (12).
Vraag 7.1.1 (Komt er in de productie grof taalgebruik (vloeken, schuttingtaal) voor?) had ook positief beantwoord moeten worden.
Aangezien klager over de rest van de inhoudscategorieën niet heeft geklaagd kan de Klachtencommissie eventuele onjuistheden in deze classificaties niet mee nemen in haar oordeel. Wel kan ze de bevindingen over deze categorieën in de uitspraak opnemen met het verzoek aan beklaagde deze in overweging te nemen. Ten aanzien van de inhoudscategorie angst hadden de vragen 3.1.7 (Geweldsacties van levende wezens (mensen,dieren, monsters ) waarbij mensen of dieren zichtbaar het slachtoffer zijn?), 3.2.2 (Zijn er beelden van zeer angstige mensen als gevolg van geweldsacties van andere levende wezens (mensen, dieren, monsters) of dreigingen daarvan?) en 3.4.1 (Spelen de angstwekkende situaties zich af in een voor kinderen alledaagse/gewone omgeving?) met ‘1 keer of vaker’ beantwoord moeten worden. Vraag 3.2.3 (Loopt het met de zeer angstige mensen steeds, dus in alle gevallen, direct goed af?) had met ‘ja’ beantwoord moeten worden. De classificatie met betrekking tot de inhoudscategorie angst behoort derhalve 12 jaar en ouder (12) te zijn.
De uitspraak van de Klachtencommissie van 2 februari 2004: de Klachtencommissie acht de klacht ten aanzien van geweld en grof taalgebruik gegrond. De classificatie moet uitkomen op 12 jaar op basis van geweld met de toevoeging grof taalgebruik. Beklaagde dient binnen vier weken na de uitspraak alle maatregelen treffen om de onjuiste classificatie ongedaan te maken. Verder gaat de Klachtencommissie over tot het opleggen van een boete van € 1135,- aangezien dit de tweede keer is dat een klacht tegen beklaagde gegrond wordt verklaard.
Klager zag de herhaling van het programma, wat schokkende beelden bevatte met veel geweld en grof taalgebruik. Het werd op een heel ongelukkig tijdstip, namelijk ’s middags, uitgezonden.
Beklaagde was zich bewust van de schokkende en gewelddadige beelden. Daarom heeft beklaagde de aflevering officieel geclassificeerd. Deze classificatie is uitgekomen op 6 op basis van geweld. Indien beklaagde twijfelt over de classificatie van een programma dan kiest deze voor de veilige weg. Voor beklaagde is het van belang dat de Klachtencommissie beoordeelt of de classificatie terecht is. Daar wordt duidelijk mee of er streng genoeg met de criteria wordt omgegaan zoals die in het coderingsformulier worden gesteld. Beklaagde is zich bewust van de verantwoordelijkheid die zij draagt.
De Klachtencommissie heeft het coderingsformulier versie 1.1 zelf toegepast op de aflevering van ‘Factor’ en heeft het volgende geconcludeerd. Aangezien de vragen 2.2.3 (Komt er oorlogsgeweld voor?) en 2.3.1 (Zitten er geweldsacties in die indringend zijn door de hardheid van de dader?) bevestigend beantwoord moeten worden, dient de classificatie met betrekking tot de inhoudscategorie geweld uit te komen op 12 jaar en ouder (12).
Vraag 7.1.1 (Komt er in de productie grof taalgebruik (vloeken, schuttingtaal) voor?) had ook positief beantwoord moeten worden.
Aangezien klager over de rest van de inhoudscategorieën niet heeft geklaagd kan de Klachtencommissie eventuele onjuistheden in deze classificaties niet mee nemen in haar oordeel. Wel kan ze de bevindingen over deze categorieën in de uitspraak opnemen met het verzoek aan beklaagde deze in overweging te nemen. Ten aanzien van de inhoudscategorie angst hadden de vragen 3.1.7 (Geweldsacties van levende wezens (mensen,dieren, monsters ) waarbij mensen of dieren zichtbaar het slachtoffer zijn?), 3.2.2 (Zijn er beelden van zeer angstige mensen als gevolg van geweldsacties van andere levende wezens (mensen, dieren, monsters) of dreigingen daarvan?) en 3.4.1 (Spelen de angstwekkende situaties zich af in een voor kinderen alledaagse/gewone omgeving?) met ‘1 keer of vaker’ beantwoord moeten worden. Vraag 3.2.3 (Loopt het met de zeer angstige mensen steeds, dus in alle gevallen, direct goed af?) had met ‘ja’ beantwoord moeten worden. De classificatie met betrekking tot de inhoudscategorie angst behoort derhalve 12 jaar en ouder (12) te zijn.
De uitspraak van de Klachtencommissie van 2 februari 2004: de Klachtencommissie acht de klacht ten aanzien van geweld en grof taalgebruik gegrond. De classificatie moet uitkomen op 12 jaar op basis van geweld met de toevoeging grof taalgebruik. Beklaagde dient binnen vier weken na de uitspraak alle maatregelen treffen om de onjuiste classificatie ongedaan te maken. Verder gaat de Klachtencommissie over tot het opleggen van een boete van € 1135,- aangezien dit de tweede keer is dat een klacht tegen beklaagde gegrond wordt verklaard.
