Audiovisuele productie: bioscoopfilm ‘Cursed’, hierna te noemen: de Film
1. De procedure
Klagers hebben met gebruikmaking van het NICAM klachtenformulier op 11 april 2005, aangevuld bij e-mail van 22 april 2005, een klacht ingediend over de Film.
De voorzitter van de Klachtencommissie heeft de klacht conform artikel 6 lid 1 Klachtenreglement van het NICAM getoetst en bepaald dat de klacht in behandeling kan worden genomen.
Beklaagde heeft verweer gevoerd tegen de klacht bij brief van 29 april 2005.
De Klachtencommissie heeft voor haar zitting van 11 mei 2005 geen kennis kunnen nemen van de Film. Beklaagde heeft nadien een viertal videobanden met daarop de Film ingediend en de klacht is vervolgens behandeld tijdens de zitting van de Klachtencommissie van 13 juli 2005.
Zowel Klagers als Beklaagde hebben, na deugdelijke oproeping, geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid hun dan wel haar standpunt mondeling toe te lichten.
2. De bestreden audiovisuele productie
In de Film verandert het leven van een broer en zus drastisch na een auto ongeluk, dat plaats vindt tijdens een heldere nacht met volle maan. Zij beschikken plotseling over onverklaarbare lichamelijke krachten.
De Film is door Beklaagde geclassificeerd en heeft de leeftijdsclassificatie ‘afgeraden voor kinderen jonger dan 12 jaar’ (12) op basis van de inhoudscategorieën geweld (pictogram: vuistje) en angst (pictogram: spinnetje), met de toevoeging grof taalgebruik (pictogram: schreeuwend mannetje).
3. De klacht
De klacht richt zich op de inhoudscategorieën geweld, angst en grof taalgebruik. Verkort weergegeven voeren Klagers aan dat de Film een van hen, de zoon, zeer angstig heeft gemaakt, waardoor deze niet alleen in een donkere kamer durfde te zijn. Vervolgens heeft de andere Klager, de vader, de trailer van de Film opgezocht en bekeken; hij vindt het onvoorstelbaar dat dergelijke films de leeftijdsclassificatie 12 meekrijgen en wil
weten welke overwegingen ten grondslag hebben gelegen aan het classificeren van de Film.
4. Het verweer
In haar verweerschrift geeft Beklaagde, hieronder verkort weergegeven, het volgende aan.
Het gaat de vader niet om de classificatie maar om de algemene beleidslijn dan wel wat de ratio van Beklaagde was om de Film te classificeren zoals zij heeft gedaan. Er is dus geen sprake van een klacht. Daarnaast geeft Beklaagde aan dat een (vermeende) klacht slechts in behandeling genomen mag worden door de Klachtencommissie van het NICAM indien de klager de productie waar deze over klaagt heeft gezien. Beklaagde twijfelt of aan deze eis is voldaan. Desondanks geeft Beklaagde gehoor aan de vraag van de vader hoe Beklaagde aan de specifieke classificatie is gekomen. Volgens Beklaagde is in de Film in zijn geheel ondermeer de suggestie voor een aantal angst en geweldszaken aanwezig, maar je ziet weinig. Daarnaast is er niet echt sprake van een aanwijsbare reden waarom men angstig zou kunnen zijn. Beklaagde laat een oordeel over de inhoudscategorie grof taalgebruik achterwege daar het belangrijkste in deze de angstperceptie was gezien de reactie van de zoon. Beklaagde is van mening dat het geweld in de Film uitvoerbaar noch indringend is en verwijst hierbij naar de handleiding voor Kijkwijzercodeurs onder ‘uitvoerbaarheid’. Daarnaast wordt het angst effect in het belachelijke getrokken doordat bijvoorbeeld een weerwolf zijn middelvinger opsteekt. Tevens komen er geen extreem angstaanjagende geluiden en effecten in de Film voor. Beklaagde heeft derhalve gezien het voornoemde de keuzes tijdens het classificeren helder en objectief kunnen maken zoals zij heeft gedaan. Er is hier geen sprake van angstaanjagend realistische fictie, die een ‘niet voor personen tot 16 jaar’ (16) classificatie meer aannemelijk zou kunnen maken. Beklaagde is van mening dat de Film terecht de classificatie 12 op basis van de inhoudscategorieën geweld en angst heeft ontvangen met de toevoeging grof taalgebruik. Beklaagde vraagt de Klachtencommissie dan ook de klacht af te wijzen of Beklaagde te verzoeken de classificatie aan te passen zonder oplegging van een boete.
5. Het oordeel van de Klachtencommissie
De Klachtencommissie is van mening dat er, in tegenstelling tot wat Beklaagde stelt, wel degelijk sprake is van een klacht. Klagers willen weliswaar weten hoe Beklaagde tot haar classificatie is gekomen, de reden hiervoor is echter dat zij het onvoorstelbaar vinden gezien de angstwekkende scènes dat de Film de classificatie 12 heeft gekregen. Daarnaast hebben Klagers een klachtenformulier ingevuld zoals te vinden op de website van Kijkwijzer. Zij hebben hierbij expliciet naast de motivatie zoals hiervoor weergegeven tevens een aantal inhoudscategorieën genoemd waar de klacht zich op richt. Derhalve is de Klachtencommissie van mening dat hier wel degelijk sprake is van een klacht die door haar behandeld kan worden.
Daarnaast is de klacht in eerste instantie ingediend door de vader wiens zoon de Film heeft gezien, de vader zelf heeft de Film niet gezien. De vader geeft echter bij e-mail van 22 april 2005 te kennen dat zijn klacht mede namens zijn zoon is ingediend, waartoe hij als wettelijke vertegenwoordiger van laatstgenoemde gerechtigd is. Hierdoor zijn zowel de vader als de zoon gelijkelijk als Klager te beschouwen. De Klachtencommissie acht daarom beide Klagers ontvankelijk in hun klacht.
De Klachtencommissie heeft het classificatieformulier 1.2 zelf toegepast op de Film en behandelt hieronder de relevante vragen.
Ten aanzien van de inhoudscategorie geweld is de Klachtencommissie van mening dat Beklaagde terecht vraag 2.3.1. (Zitten er geweldsacties in die door mensen uitvoerbaar zijn?) met ‘1 keer of vaker’ heeft ingevuld. Het geweld is echter niet indringend in de zin van het Kijkwijzersysteem, Beklaagde heeft derhalve niet onjuist gehandeld door vraag 2.4.1. (Zitten er geweldsacties in die indringend zijn door de hardheid van de geweldshandelingen of de hardheid van de dader?), 2.4.2. (Zitten er geweldsacties in die indringend zijn omdat het geweld hard aankomt bij het slachtoffer?) en vraag 2.4.3. (Zitten er geweldsacties in die indringend zijn doordat de inslag van de geweldshandelingen gedetailleerd in beeld worden gebracht?) met ‘nooit’ te beantwoorden. Het geweld leidt echter wel tot ernstige verwondingen waardoor vraag 2.5.2. zoals Beklaagde reeds heeft aangegeven, met ‘1 keer of vaker’ beantwoord dient te worden.
De combinatie uitvoerbaar geweld, dat niet indringend is, maar wel leidt tot ernstige verwondingen, brengt de classificatie voor geweld op 12.
Ten aanzien van de inhoudscategorie angst heeft Beklaagde terecht vraag 3.2.2. (Zijn er beelden van zeer angstige mensen als gevolg van geweldsacties van andere levende wezens (mensen, dieren, monsters) of dreiging daarvan?), vraag 3.3.5. (Komen er ernstige verwondingen voor in de productie?) en vraag 3.4.1. (Spelen de angstwekkende situaties zich af in een voor kinderen alledaagse/gewone omgeving?) met ‘1 keer of vaker’ beantwoord. Zij heeft echter nagelaten vraag 3.3.7. (Zijn er hevige griezeleffecten ten gevolge van acties van herkenbare levende wezens, zoals mensen, dieren, of insecten?) met ‘1 keer of vaker’ in te vullen. Hier doelt de Klachtencommissie onder meer op de scène waarin een meisje na een auto-ongeluk wordt gegrepen uit een auto en de scène in een parkeergarage waarin een zeer angstige vrouw wordt achtervolgd en wordt aangevallen door een weerwolf.
De combinatie hevige griezeleffecten in een voor kinderen alledaagse, herkenbare omgeving, zeer angstige mensen en ernstige verwondingen brengt de classificatie ten aanzien van de inhoudscategorie angst op 16.
Ten aanzien van de inhoudscategorie grof taalgebruik volgt de Klachtencommissie de wijze van beantwoorden van vraag 7.1.1. (Komt er in de productie grof taalgebruik (vloeken, schuttingtaal) voor?) door Beklaagde, zij heeft terecht deze vraag met ‘1 keer of vaker’ beantwoord.
De Klachtencommissie is van mening dat de overige inhoudscategorieën niet op de Film van toepassing zijn. De classificatie van de Film komt derhalve uit op 16 op basis van de inhoudscategorie angst, met de toevoeging voor grof taalgebruik.
6. De beslissing van de Klachtencommissie
Gelet op het hiervoor overwogene acht de Klachtencommissie de klacht gegrond. De classificatie van de Film dient uit te komen op 16 op basis van angst, met de toevoeging grof taalgebruik.
De Klachtencommissie gaat conform artikel 13 lid 1 onder C Klachtenreglement van het NICAM over tot het opleggen van een boete aan Beklaagde, nu er in een eerdere uitspraak (klachtnr. 030403.01: ‘Final Destination 2’) jegens Beklaagde een waarschuwing is opgelegd en er in eerdere uitspraken jegens Beklaagde ook reeds een boete opgelegd werd (klachtnr. 030427.02: ‘Pinocchio’; klachtnr. 050412.01
‘Commercial Cursed’).
De onderhavige overtreding valt binnen de categorie A ‘inhoudelijke overtredingen’; de Film is fout geclassificeerd. Beklaagde is een landelijk opererende filmdistributeur. De originele classificatie van de Film verschilt één leeftijdsclassificatie van de classificatie van de Klachtencommissie. Hierbij is één inhoudscategorie fout geclassificeerd. Dit brengt volgens de Sanctierichtlijn voor Beklaagde een boete van € 2.000, - met zich mee. Het hierboven genoemde bedrag dient door Beklaagde binnen 30 dagen na factuurdatum te worden voldaan. De factuur wordt gescheiden toegezonden.
De Klachtencommissie geeft Beklaagde vanaf de dagtekening van deze uitspraak twee weken de tijd alle maatregelen genomen te hebben die ertoe leiden dat de onjuiste leeftijdsclassificatie van 12 ongedaan wordt gemaakt en wordt omgezet in de leeftijdsclassificatie 16 in combinatie met de inhoudspictogrammen voor angst en grof taalgebruik. Hier valt in ieder geval onder het aanpassen van de classificatie in de database van het NICAM.
Bij de release op video/DVD dient Beklaagde de door de Klachtencommissie toegekende classificatie 16, met de inhoudspictogrammen voor angst en grof taalgebruik te hanteren, onder verbeurte van een onmiddellijk opeisbare dwangsom van € 1000,- per dag, te rekenen vanaf de dag dat deze release in de handel wordt gebracht, met een maximum van € 25.000,-.
Partijen hebben, voor zover zij in het ongelijk zijn gesteld, de mogelijkheid tegen deze uitspraak beroep aan te tekenen bij de Commissie van Beroep van het NICAM. Het beroepschrift dient binnen vier weken na dagtekening van de uitspraak van de Klachtencommissie schriftelijk bij de secretaris van de Commissie van Beroep te worden ingediend. Het adres luidt: NICAM, Commissie van Beroep, Postbus 322, 1200 AH Hilversum.
Conform artikel 14 lid 2 Klachtenreglement verklaart de Klachtencommissie haar beslissing uitvoerbaar bij voorraad. Dit betekent dat er aan haar beslissing direct gevolg dient te worden gegeven. In de onderhavige kwestie ten aanzien van de Film, doch in alle gevallen waar een bioscoopfilm in het geding is, is de Klachtencommissie de mening toegedaan dat het in redelijkheid noodzakelijk is om van deze bevoegdheid gebruik te maken. Op deze manier wil de Klachtencommissie voorkomen dat de gewraakte film in de follow-up van video en DVD met verkeerde classificaties en pictogrammen op de markt wordt gebracht.