UITSPRAAK KLACHTENCOMMISSIE
De klacht betreft de bioscoopfilm ‘Liever Verliefd’, waarin een jonge vrouw, die voor de zoveelste keer is gedumpt, besluit dat ze niets meer met mannen te maken wil hebben. Toch wordt ze weer verliefd, op twee mannen tegelijk. De film is vanaf april in diverse bioscopen vertoond. De leeftijdsclassificatie is uitgekomen op Alle Leeftijden (AL).
De klaagster is van mening dat de leeftijdsclassificatie te laag is. Klaagster is met haar dochter van acht jaar naar de film gegaan nadat zij had geconstateerd dat deze een AL classificatie heeft. De film bevatte echter allemaal seksbeelden en vrijscènes met daarbij raar taalgebruik. Klaagster is tijdens de pauze vertrokken.
Het verweer van de beklaagde luidt, dat de seksbeelden waar klaagster op doelt zwart/wit foto’s van blote mensen zijn zonder dat hun hoofd in beeld wordt gebracht. De foto’s zijn redactioneel bedoeld. Voorts zijn de vrijscènes waar op wordt gedoeld niet meer dan een stoeipartij, waarbij geen genitaliën te zien zijn, zelfs geen borst. Naar de mening van beklaagde is de klacht ongegrond, omdat de seksuele handelingen geen relatief groot deel van de film beslaan. Beklaagde geeft verder aan dat deze film totaal niet afhankelijk is van een publiek jonger dan 12 jaar. Beklaagde heeft dan ook geen baat bij de laagst mogelijke classificatie voor deze film.
De Klachtencommissie (KC) heeft het classificatieformulier nogmaals doorlopen. Naar het oordeel van de KC heeft beklaagde de vragen op het classificatieformulier ten aanzien van seks juist ingevuld. Echter, de KC heeft ambtshalve geconstateerd dat er met betrekking tot de inhoudscategorie geweld kennelijk enkele vragen niet of onjuist zijn ingevuld. Ten aanzien van geweld heeft dit tot gevolg dat de classificatie van de film uit dient te komen op 6 jaar en ouder (6) op basis van geweld (vuistje).
Uitspraak van de KC op 16 juli 2003: de KC heeft de klacht ten aanzien van seks ongegrond verklaard. Echter, ambtshalve heeft de KC geconstateerd dat de classificatie van de film uit dient te komen op 6 op basis van geweld. De KC gaat over tot het opleggen van een minimale boete van 570,- euro. Daarnaast wordt beklaagde veroordeeld in de kosten van behandeling ad. 500,- euro. Bij het bepalen van deze sanctie heeft de KC de uitspraak tegen de filmdistributeur met betrekking tot de film ‘Dungeons & Dragons’ van 10 september 2001 meegewogen. Beklaagde dient voorts binnen vier weken na dagtekening van de uitspraak van de KC alle maatregelen te nemen om de onjuiste classificatie ongedaan te maken.
UITSPRAAK COMMISSIE VAN BEROEP
De Commissie van Beroep van het NICAM heeft de volgende beslissing gegeven naar aanleiding van het beroep van beklaagde tegen de uitspraak van de Klachtencommissie betreffende de bioscoopfilm ‘Liever Verliefd’.
1. De procedure
Bij beslissing van 16 juli 2003 heeft de Klachtencommissie van het NICAM de klacht tegen beklaagde ongegrond verklaard, doch ambtshalve geconstateerd dat de classificatie van de film ‘Liever Verliefd’ onjuist was op basis van een andere inhoudscategorie dan waarover is geklaagd. De Klachtencommissie heeft bij haar uitspraak bepaald dat de classificatie Alle Leeftijden (AL) van de betreffende film verhoogd diende te worden naar 6 jaar en ouder (6) op basis van geweld (pictogram: vuistje).
Aan beklaagde is de verplichting opgelegd om binnen vier weken na dagtekening van de uitspraak van de Klachtencommissie alle maatregelen te nemen om de onjuiste classificatie ongedaan te maken.
Tevens zijn de navolgende sancties opgelegd:
- een boete ad. 570, - euro (artikel 16 lid 1 onder B Algemeen Reglement);
- een veroordeling in de kosten van de behandeling van de klacht ad. 500, - euro (artikel 16 lid 1 onder C Algemeen Reglement).
Beklaagde is van deze beslissing tijdig in beroep gekomen bij beroepschrift van 12 augustus 2003, bij de Commissie van Beroep binnengekomen op 14 augustus 2003.
De Commissie van Beroep heeft het beroep behandeld tijdens haar zitting van 17 september 2003, alwaar is verschenen de heer…, gemachtigde van beklaagde. Klaagster heeft aangegeven geen gebruik te willen maken van de mogelijkheid haar standpunt mondeling toe te lichten.
De Commissie van Beroep heeft acht geslagen op de stukken die op de zaak betrekking hebben, waaronder het dossier van de Klachtencommissie, evenals op het behandelde ter zitting.
Beklaagde heeft tegen de uitspraak van de Klachtencommissie beroep aangetekend bij de Commissie van Beroep. De Commissie van Beroep verstaat de motivering van het beroep aldus dat zij verzocht wordt de uitspraak te vernietigen, dan wel terug te verwijzen naar de Klachtencommissie.
Naar aanleiding van het beroep overweegt de Commissie van Beroep als volgt.
2. De klacht
De Klachtencommissie heeft de klacht als volgt omschreven:
Klaagster is met haar dochter van acht jaar naar de film gegaan, nadat zij had geconstateerd dat de film een AL classificatie had. De film bevatte echter ‘allemaal seksbeelden en vrijscènes met daarbij raar taalgebruik’, naar de mening van klaagster niet passend bij de classificatie AL. Klaagster is na de pauze vertrokken.
De Commissie van Beroep gaat uit van voormelde klachtomschrijving nu daartegen geen bezwaar is gemaakt.
3. De bezwaren van beklaagde
Tegen de uitspraak van de Klachtencommissie voert beklaagde in het beroepschrift het volgende, hierna kort weergegeven bezwaar aan.
Beklaagde is in beroep gegaan op grond van het feit dat hij in het gelijk is gesteld met betrekking tot de klacht die uitsluitend toezag op seks. Dat de Klachtencommissie daarnaast heeft geconstateerd dat er gewelddadige handelingen in de film zitten waardoor de classificatie op 6 zou moeten uitkomen, staat los van de behandelde klacht en is een nieuwe zaak.
De film is objectief getoetst door de codeur van beklaagde aan de hand van het programma van Kijkwijzer, waarbij de uitkomst AL was. De film is nu zo onder de loep gelegd dat er nauwelijks nog sprake kan zijn van een objectief oordeel.
Gezien het feit beklaagde met de titel ‘Dungeons and Dragons’ al eerder in overtreding was in 2001 en daardoor de strafmaat hoger uitvalt, is eveneens aan te vechten. ‘Dungeons & Dragons’ was één van de eerste films die werd getoetst volgens het systeem van Kijkwijzer, waar op dat moment nog allerlei haken en ogen aan zaten. Dat beklaagde daar toen niet verder op is ingegaan, was omdat het bij een waarschuwing is gebleven. Inmiddels is beklaagde 30 films verder zonder klacht.
Kijkwijzer wordt door beklaagde gewaardeerd, maar er zou ook gekeken moeten worden naar gevallen waar de uitkomst niet altijd even duidelijk is, zoals bij de onderhavige titel.
Beklaagde concludeert dat geen straf kan worden opgelegd voor een klacht die handelt over seks op welk terrein hij in het gelijk is gesteld.
Voor de goede orde wenst beklaagde nog op te merken dat hij de classificatie van de film op video en DVD heeft aangepast en op 6 heeft gezet. Alleen op de inlays van de video is per ongeluk nog de oude classificatie MG6 (Meekijken Gewenst met kinderen jonger dan zes jaar) geplaatst. Dit zal bij de eerstvolgende herdruk worden gecorrigeerd.
4. De behandeling ter zitting
De heer… geeft namens beklaagde aan dat een filmdistributeur de film altijd als eerste in zijn bezit krijgt (35 mm kopie). Bij het bekijken van de film zitten er meerdere mensen in een zaaltje, waarbij er geen mogelijkheid is de film terug te spoelen. Na afloop van deze screening wordt de film geclassificeerd. Dit proces gaat snel, want op de reclame-uitingen van de film moeten de pictogrammen al worden vermeld.
Vervolgens laat de heer… een tiental films zien, waaronder ‘Pretty Woman’, ‘You’ve Got Mail’, ‘Jerry Maguire’, ‘What Women Want’, die indertijd onder de werking van het Video Voorlichtingssysteem allemaal gekeurd zijn op AL, maar die nu onder Kijkwijzer waarschijnlijk hogere classificaties zullen krijgen. Dit filmgenre is niet schadelijk volgens de heer Ruttenberg, maar komt met het huidige classificatiesysteem wel tot een hogere classificatie dan AL.
Tot slot gaat hij nogmaals in op het feit dat er door klaagster niet is geklaagd over geweld. Daar had een aparte klacht over moeten binnenkomen. Dat daar dan ook nog een boete voor wordt opgelegd, gaat beklaagde te ver. De verdere bezwaren staan voldoende opgenomen in het beroepschrift.
Op een vraag van een lid van de Commissie van Beroep waarom er in het coderingsformulier ‘nooit’ is ingevuld bij de vraag of er sprake was van fysiek lijf-aan-lijf geweld antwoordt de heer… dat beklaagde die bepaalde handelingen niet als geweld heeft aangemerkt.
De heer… geeft aan positief te denken over het NICAM, doch wel van mening te zijn dat er te formeel gehandeld wordt. Wij moeten van elkaar leren, zo luidt zijn standpunt. Hij zou graag een keer van gedachten wisselen met de Wetenschapscommissie van het NICAM.
5. De beslissing
Er is geen aanvulling op de inhoud van de klacht naar voren gekomen en er is geen andere lezing van de feiten. Het bezwaar van beklaagde blijkt zich te richten op het feit dat de klacht die uitsluitend handelde over seks door de Klachtencommissie ongegrond is verklaard, maar dat de Klachtencommissie na een ambtshalve toetsing heeft geconstateerd dat beklaagde het geweld in de film niet juist heeft geclassificeerd, waarvoor zij beklaagde een boete heeft opgelegd.
De Commissie van Beroep deelt de mening van de Klachtencommissie dat beklaagde ten aanzien van de inhoudscategorie seks de classificatie juist heeft uitgevoerd en op AL is uitgekomen. De klacht is terecht ongegrond verklaard.
Tevens is de Commissie van Beroep het eens met de uitkomst van de ambtshalve toetsing door de Klachtencommissie, waaruit volgt dat de classificatie van de film ‘Liever Verliefd’ verhoogd dient te worden van AL naar 6 op basis van de inhoudscategorie geweld. De Commissie van Beroep heeft geconstateerd dat beklaagde tegen deze classificatie geen bezwaren heeft, nu hij heeft aangegeven de classificatie 6 op basis van geweld al te hanteren voor video en DVD.
De Commissie van Beroep is echter wel van mening dat het beter was geweest wanneer de Klachtencommissie voor de foutieve classificatie van de inhoudscategorie geweld geen boete had opgelegd. Er is immers geen formele klacht over binnengekomen bij het NICAM zodat onvoldoende hoor en wederhoor heeft kunnen plaatsvinden. Overigens waren er geen bijzondere omstandigheden aanwezig, die het opleggen van de boete zouden kunnen rechtvaardigen.
Conform artikel 16 lid 1 onder C Algemeen Reglement van het NICAM staat het de Klachtencommissie vrij een aangeslotene te veroordelen in een bijdrage in de kosten van de behandeling van de klacht. Een kostenveroordeling zoals in dit geval is uitgesproken door de Klachtencommissie is naar het oordeel van de Commissie van Beroep, in aanmerking genomen de ongegrondverklaring van de klacht, niet redelijk.
Uit het voorgaande volgt dat de Klachtencommissie in redelijkheid tot haar oordeel kon komen, behoudens voorzover het betreft de opgelegde boete en de kostenveroordeling.
De Commissie van Beroep, op vorenstaande gronden beslissende:
bekrachtigt de beslissing van de Klachtencommissie van het NICAM van 16 juli 2003, behoudens voorzover het betreft de boete voor het ambtshalve gedeelte van de uitspaak en de kostenveroordeling.