De klacht richt zich op de videofilm/DVD van de film ‘Bringing Down The House’. De film is door beklaagde sub 2 geclassificeerd en uitgekomen op 6 jaar en ouder (6) in combinatie met het inhoudspictogram voor geweld (vuistje). De film is uitgebracht op video en DVD door beklaagde sub 1.
Klager vindt dat er in de film nogal wat geweld zit. Hij doelt op de schietscènes in de film, de pittige gevechten en de zichtbare verwondingen. Klager vindt de classificatie 6 veel te laag, de classificatie 12 jaar en ouder (12) acht hij beter en veiliger.
Beklaagde sub 1 noch beklaagde sub 2 heeft verweer gevoerd tegen de klacht.
De Klachtencommissie is niet in staat geweest om kennis te nemen van de betreffende film, omdat beklaagde sub 1, ondanks daartoe door de Klachtencommissie te zijn verzocht, heeft verzuimd om banden op de te sturen. De Klachtencommissie acht dit in strijd met artikel 6 Klachtenreglement NICAM. Dit artikel luidt als volgt:
“De beklaagde zal tegelijk met het verweerschrift, indien noodzakelijk, in vijfvoud ondertitelde kopieën en een synopsis van het gewraakte audiovisuele product meesturen.”
De Klachtencommissie ziet daarom geen andere mogelijkheid dan uit te gaan van de juistheid van de omschrijving van het beeldmateriaal in de klacht. Er is immers door beklaagde sub 1, noch door beklaagde sub 2 verweer gevoerd tegen de klacht.
De Klachtencommissie is van oordeel dat, nu de klager heeft geklaagd over de betreffende film zoals deze is uitgebracht op video/DVD door beklaagde sub 1, terwijl de film in een eerder stadium voor bioscoop is geclassificeerd door beklaagde sub 2, hier sprake is van een situatie, zoals opgenomen in artikel 4 van het Deelreglement Video/DVD. In dit artikel staat dat indien een product al eerder is geclassificeerd, de producent van de video/DVD deze classificatie in principe dient over te nemen. Deze producent mag dus te goeder trouw er van uitgaan dat deze classificatie juist is.
Voorts is op basis van artikel 2 Klachtenreglement NICAM de klacht ten aanzien van beklaagde sub 2 niet-ontvankelijk. In dit artikel staat immers dat “een klacht moet zijn ingediend binnen twee weken vanaf het moment waarop de klager kennis heeft genomen van de – vermeende – overtreding, dan wel , het handelen of nalaten dat tot de klacht aanleiding heeft gegeven”. Beklaagde sub 2 heeft de film reeds op 7 juli 2003 geclassificeerd.
De uitspraak van de Klachtencommissie van 26 mei 2004: de Klachtencommissie acht de klacht tegen beklaagde sub 1 gegrond. De klacht ten aanzien van beklaagde sub 2 is niet-ontvankelijk, nu de termijn, zoals genoemd in artikel 2 Klachtenreglement NICAM, is verlopen. Beklaagde sub 1 dient binnen twee weken na dagtekening van de uitspraak een vijftal banden in te dienen bij de Klachtencommissie om deze in staat te stellen de film alsnog inhoudelijk te beoordelen. De door de Klachtencommissie vastgestelde juiste classificatie zal in een aanvulling op de uitspraak bekend worden gemaakt. De Klachtencommissie gaat over tot het opleggen van een boete van € 2500,- aan beklaagde sub1.
AANVULLENDE BESLISSING VAN DE KLACHTENCOMMISSIE VAN HET NICAM
Tijdens de behandeling van de klacht is de Klachtencommissie niet in staat geweest om kennis te nemen van de film ‘Bringing Down The House’, omdat beklaagde sub 1 heeft verzuimd om tijdig banden op te sturen. Beklaagde sub 1 heeft dit alsnog gedaan na ontvangst van de uitspraak van 26 mei 2004.
Als toevoeging op de eerdere uitspraak heeft de Klachtencommissie het coderingsformulier versie 1.2 zelf toegepast op de betreffende film en is tot de volgende conclusie gekomen.
Met betrekking tot de inhoudscategorie geweld heeft beklaagde sub 2 vraag 2.2.6 (hoe vaak komt geweld tegen criminelen (geweld van goeden tegen slechten) voor?), vraag 2.4.1 (Zitten er geweldsacties in die indringend zijn door de hardheid van de geweldshandelingen of de hardheid van de dader?) en vraag 2.4.2 (Zitten er geweldshandelingen in die indringend zijn omdat het geweld hard aankomt bij het slachtoffer?) ten onrechte met ‘nooit’ beantwoord. Vraag 2.3.1 (Zitten er geweldsacties is die door mensen uitvoerbaar zijn?) heeft beklaagde sub 2 echter terecht met ‘1 keer of vaker’ beantwoord. De combinatie van uitvoerbaar en indringend geweld, leidt tot de classificatie 12 ten aanzien van geweld.
Met betrekking tot de categorie angst heeft beklaagde sub 2 ten onrechte vraag 3.1.7 (Hoe vaak komen geweldsacties van levende wezens (mensen, dieren, monsters) voor waarbij mensen of dieren zichtbaar het slachtoffer zijn?) met ‘nooit’ beantwoord. Vraag 3.4.1 (Spelen de angstwekkende situaties zich af in een voor kinderen alledaagse/gewone omgeving?) had met ‘1 keer of vaker’ beantwoord moeten worden. Dit brengt de classificatie ten aanzien van angst op 6.
Omdat de inhoudscategorie met de hoogste score telt, komt de classificatie voor de film ‘Bringing Down The House’ uit op 12 op basis van geweld.
De uitspraak van de Klachtencommissie van 23 augustus 2004 (in aanvulling op de uitspraak van 26 mei 2004): de Klachtencommissie is van oordeel dat ‘Bringing Down The House’ ten onrechte de classificatie 6 op basis van geweld heeft gekregen. De classificatie dient uit te komen op 12 op basis van geweld. Beklaagde sub 1 dient binnen vier weken na dagtekening van de uitspraak van de Klachtencommissie de door de Klachtencommissie aangegeven classificatie 12 op basis van geweld zelf alsnog door middel van het invullen van het coderingsformulier in te voeren in de database van het NICAM. Bij de eerstvolgende re-release van de film op video/DVD of herdruk van de inlays dient beklaagde sub 1 alle maatregelen te nemen die ertoe leiden dat de onjuiste leeftijdsclassificatie ongedaan wordt gemaakt en wordt omgezet in de juiste leeftijdsclassificatie 12 in combinatie met het inhoudspictogram voor geweld.
Beklaagde sub 1 heeft te goeder trouw de eerdere classificatie van de film overgenomen. Er zal dan ook, naast de boete in de uitspraak van 26 mei 2004, geen verdere boete worden opgelegd.