Klachtnummer: 060223.04
Beslissing van de Klachtencommissie van het Nederlands Instituut voor de Classificatie van Audiovisuele Media (NICAM)
Audiovisuele productie: bioscoopfilm ‘Nanny Mc Phee’, hierna te noemen: de Film
1. De procedure
Klaagster bij e-mail van 23 februari 2006 een klacht ingediend over de Film.
De voorzitter van de Klachtencommissie heeft de klacht conform artikel 6 lid 1 Klachtenreglement van het NICAM getoetst en bepaald dat de klacht in behandeling kan worden genomen.
Beklaagde heeft tegen de klacht verweer gevoerd bij e-mail van 13 maart 2006.
Klaagster heeft bij e-mail van 13 maart 2006 gereageerd op het verweer van Beklaagde.
De Klachtencommissie heeft de klacht behandeld in haar vergadering van 15 maart 2006.
Klaagster noch Beklaagde heeft, na deugdelijke oproeping, gebruik gemaakt van de mogelijkheid haar standpunt mondeling toe te lichten. Klaagster heeft in eerder genoemde e-mail van 13 maart 2006 aangegeven niet bij de zitting aanwezig te kunnen zijn.
2. De bestreden audiovisuele productie
De film gaat over de zeven kinderen Brown, de ondeugendste kinderen ooit. Hun vader heeft zijn handen vol aan de zorg voor zijn kroost. De moeder is een jaar geleden overleden, maar Mr Browns tante die zijn ontoereikende salaris aanvult, heeft gedreigd haar toelage stop te zetten als Mr Brown niet binnen een maand hertrouwt. Mr Brown besluit de kinderen niets te vertellen, maar ze komen erachter en nemen aan dat hij zo weinig om ze geeft dat hij voor ze verzwijgt dat ze een stiefmoeder krijgen. Daardoor worden ze nog stouter. Vanuit het niets verschijnt ‘Nanny Mc Phee’, die er een heel aparte manier van opvoeden op na houdt. Na een moeizame start, waar de kinderen zeer moeten wennen aan hun nieuwe kinderjuf, ontstaat er een band en loopt het met het gezin goed af.
De Film is door Beklaagde geclassificeerd met behulp van het NICAM classificatieformulier, versie 1.2. De leeftijdsclassificatie is uitgekomen op Alle Leeftijden (AL).
3. De klacht
Klaagster voert het volgende, hierna kort weergegeven, bezwaar aan.
Zij is met haar zus en drie kleine kinderen( 3, 4 en 5 jaar) naar de Film geweest. De classificatie is AL; daar zijn zij vanuit gegaan. Het begon met een baby die in een pan lag, een vader die begrafenisondernemer is, waardoor er lijken en lijkkisten in beeld kwamen. Verder werd er gesproken tegen een lege stoel, waar de overleden vrouw des huizes in zou moeten zitten. De weggepeste nannies werden als poppen met een touw om de nek aan een bord gehangen, de kokkin werd gekneveld op de keukentafel, de nanny verscheen spontaan in het donker uit het niets en verdween ook weer in het niets. Dit is volgens Klaagster geen film voor alle leeftijden. De kleine kinderen waren compleet over hun toeren. Wat een gezellige middag had moeten worden, is een ellende geworden. Bij de bioscoop kon Klaagster geen verhaal halen.
4. Het verweer
In haar verweerschrift voert Beklaagde het volgende, hierna kort weergegeven, aan.
Bij nader inzien vindt Beklaagde ook dat er reden zou kunnen zijn om de Film de classificatie ‘let op met kinderen tot 6 jaar’ (6) te geven. De enige reden daarvoor is volgens Beklaagde de twee korte shots van een lijk in het mortuarium.
Toen Beklaagde de film classificeerde, vielen de lijken niet op door het verhaal en haar context. Pas bij de première realiseerde Beklaagde zich dit, echter toen zat de zaal vol kinderen met de grootste lol. Om die reden is de Film niet opnieuw geclassificeerd. Een volgende keer zal Beklaagde bij twijfel een film wel herclassificeren.
De andere redenen die worden aangevoerd voor een hogere classificatie, wijst Beklaagde af. Beklaagde is het volledig oneens dat de ‘slapstickachtige’ scènes, waarbij onder andere met een baby wordt gesold, reden zijn om de Film als 6 te classificeren. Dit valt niet onder geweld vanwege de context van de film. De aangevoerde scènes zijn duidelijk grappig bedoeld en alle 22.000 bezoekers (minus de vijf klagers) hebben dit blijkbaar wel begrepen. Het aantal klachten staat in geen verhouding tot het genoemde aantal bezoekers dat van de Film heeft genoten.
Tot slot voert Beklaagde nog aan dat de classificatie van de Film in een groot aantal Europese landen, voorzover zij heeft kunnen nagaan, ook AL is.
5. De nadere reactie Klaagster
Klaagster hoopt dat een volgende keer bij enige twijfel de leeftijdsgrens van 6 wordt aangehouden, zodat ouders zelf de afweging kunnen maken of zij met hun kinderen naar een dergelijk film willen.
Klaagster vindt het voorbarig van Beklaagde om zelf tot de conclusie te komen dat de overige 215.000 bezoekers geen problemen hebben gehad met de Film. Hoeveel echt kleine kinderen hebben daar tussen gezeten? Bovendien snapt een klein kind niet dat een bepaalde scène als slapstick is bedoeld.
6. Het oordeel van de Klachtencommissie
De Klachtencommissie heeft het classificatieformulier versie 1.2 zelf toegepast op de Film en behandelt hieronder de relevante vragen.
Ten aanzien van de inhoudscategorie geweld is de Klachtencommissie van mening dat vraag 2.2.1. (Hoe vaak komt fysiek lijf-aan-lijf geweld voor?) en vraag 2.3.1. (Zitten er geweldsacties in die door mensen uitvoerbaar zijn?) met ‘1 keer of vaker’ beantwoord hadden moeten worden. De Klachtencommissie doelt hierbij onder andere op de harde klap op het hoofd van de kokkin in de keuken en op de klap die de vader krijgt van zijn toekomstige echtgenote. De geweldsacties zijn echter in het geheel niet indringend. Vraag 2.7.1. (Vindt al het geweld plaats in een slapstickcontext?) dient naar de mening van de Klachtencommissie met ‘nee’ te worden beantwoord. De Klachtencommissie heeft daarbij de voorbeelden van producties waarin het geweld plaatsvindt in een slapstickcontext nader bekeken en is van mening dat het geweld in de Film niet vergeleken kan worden met het geweld in ‘Laurel & Hardy’, ‘Buster Keaton’, ‘Home Alone’, en ‘Flodder’. In deze voorbeelden is naar het oordeel van de Klachtencommissie duidelijk sprake van ‘slapstickcontext’, waar in de Film naar haar oordeel gezien de grimmige sfeer in bovengenoemde scènes geen sprake van is.
De combinatie van geweld dat uitvoerbaar is maar niet indringend brengt de classificatie van de Film voor de inhoudscategorie geweld op 6.
Ten aanzien van de inhoudscategorie angst is de Klachtencommissie van mening dat vraag 3.3.2. (Komen er lijken van mensen in de productie voor?) met ‘1 keer of vaker’ beantwoord had moeten worden. Vraag 3.4.1. (Spelen de angstwekkende situaties zich af in een voor kinderen alledaagse/gewone omgeving?) moet eveneens met ‘1 keer of vaker’ beantwoord worden. Echter de sleutel van Kijkwijzer is zo ingesteld dat aan vraag 3.3.2. geen gewicht wordt gegeven. Deze vraag dient louter en alleen als inleiding naar de volgende vraag 3.3.3. (Komen er ernstig gehavende lijken van mensen in de productie voor?), wat in de Film in het geheel niet aan de orde is. Daardoor blijft de classificatie voor de inhoudscategorie angst gehandhaafd op AL.
De overige inhoudscategorieën zijn op de Film niet van toepassing.
Ten overvloede merkt de Klachtencommissie op dat een enkele klacht voldoende is voor toetsing. Tegen de Film zijn in totaal vijf klachten bij het NICAM ingediend. De overige klagers zullen van de uitkomst van de klacht van Klaagster door het bureau van het NICAM op de hoogte worden gesteld.
7. De beslissing van de Klachtencommissie
Gelet op het hiervoor overwogene acht de Klachtencommissie de klacht gegrond.
De classificatie van de Film dient uit te komen op 6 op basis van geweld.
De Klachtencommissie gaat conform artikel 13 lid 1 onder C Klachtenreglement van het NICAM over tot het opleggen van een boete aan Beklaagde, nu er in eerdere uitspraken (‘Lara Croft: Tomb Raider’, klachtnummer: 010801.01) en (‘Jurassic Park III’, klachtnummer: 010820.01) jegens Beklaagde klachten gegrond zijn verklaard. Bij de berekening van de onderhavige boete is de Klachtencommissie uitgegaan van de Sanctierichtlijn, d.d. 15 november 2004.
De onderhavige overtreding valt binnen de categorie A ‘Inhoudelijke overtredingen’; de Film is fout geclassificeerd. Beklaagde is een landelijk opererende filmdistributeur, waarvoor elke punt € 2000, - bedraagt. Nu de leeftijdscategorie verhoogd wordt van AL naar 6 op basis van één inhoudscategorie (geweld), brengt dit voor Beklaagde een boete met zich mee van € 2000, -.
Partijen hebben, voor zover zij in het ongelijk zijn gesteld, de mogelijkheid tegen deze uitspraak beroep aan te tekenen bij de Commissie van Beroep van het NICAM.
Het beroepschrift dient binnen vier weken na dagtekening van de uitspraak van de Klachtencommissie schriftelijk bij de secretaris van de Commissie van Beroep te
worden ingediend. Het adres luidt: NICAM, Commissie van Beroep, Postbus 322, 1200 AH Hilversum.
Conform artikel 14 lid 2 Reglement van Klachten heeft de Klachtencommissie de bevoegdheid om al dan niet op verzoek van één der partijen, haar eigen beslissing, voorzover naar haar oordeel redelijkerwijs noodzakelijk, uitvoerbaar bij voorraad te verklaren. Dit betekent dat er aan haar beslissing direct gevolg dient te worden gegeven. In de onderhavige kwestie ten aanzien van de film ‘Nanny Mc Phee’, doch in alle gevallen waar een bioscoopfilm in het geding is, is de Klachtencommissie de mening toegedaan dat het in redelijkheid noodzakelijk is om van deze bevoegdheid gebruik te maken. Op deze manier wil de Klachtencommissie voorkomen dat de
gewraakte film in de follow up van DVD en Video met verkeerde classificaties pictogrammen op de markt wordt gebracht.
Hilversum, 3 april 2006
Beslissing van de Commissie van Beroep van het Nederlands Instituut voor de Classificatie van Audiovisuele Media (NICAM)
Audiovisuele productie: bioscoopfilm ‘Nanny Mc Phee’, hierna te noemen: de Film
1. De uitspraak van de Klachtencommissie
Bij beslissing van 3 april 2006 heeft de Klachtencommissie van het NICAM een klacht van Klaagster in eerste aanleg d.d. 23 februari 2006 met betrekking tot de Film beoordeeld. Zij is met drie kleine kinderen naar de Film geweest, waarvan de classificatie Alle Leeftijden (AL) was. Een baby lag in een pan, de vader is begrafenisondernemer, waardoor er lijken in beeld kwamen. De weggepeste nannies werden als poppen met een touw om de nek aan een bord gehangen, de kokkin werd gekneveld en Nanny Mc Phee verscheen in het donker en verdween ook weer in het niets. Volgens Klaagster in eerste aanleg is het zeker geen film voor kinderen van alle leeftijden. De kleine kinderen waar zij mee was, waren compleet over hun toeren.
De Klachtencommissie heeft de klacht over de Film gegrond verklaard. De classificatie van de Film dient uit te komen op ‘let op met kinderen tot zes jaar’ (6) op basis van de inhoudscategorie geweld.
De Klachtencommissie is overgegaan tot het opleggen van een sanctie, nu Opposant de Film niet juist heeft geclassificeerd. Conform artikel 13 lid 1 onder C Klachtenreglement van het NICAM is aan Opposant een boete opgelegd, nu er in de eerdere uitspraken ‘Lara Croft: Tomb Raider’ (klachtnummer 010801.01) en ‘Jurassic Park’ (klachtnummer: 010820.01) jegens Opposant klachten gegrond zijn verklaard. Bij de berekening van de onderhavige boete is de Klachtencommissie uitgegaan van de Sanctierichtlijn, d.d. 15 november 2004.
De onderhavige overtreding valt binnen de categorie A ‘inhoudelijke overtredingen’; de Film is verkeerd geclassificeerd. Opposant is een landelijk opererende filmdistributeur, waarvoor elke punt € 2000, - is. Nu er één inhoudscategorie (geweld) verkeerd is geclassificeerd, heeft dit voor Opposant een boete van € 2000, - met zich meegebracht.
Afschrift van deze beslissing is aan partijen verzonden op 3 april 2006.
2. De procedure in hoger beroep
Opposant is van de beslissing van 3 april 2006 in beroep gekomen bij beroepschrift van 26 april 2006, bij de Commissie van Beroep binnengekomen op 27 april 2006.
De Commissie van Beroep heeft het beroep behandeld tijdens haar zitting van 29 mei 2006, alwaar zijn verschenen de heer M. van Praag (General Manager) en mevrouw M. Muns.
Klaagster in eerste aanleg, mevrouw M. Galiart, is op het verzoek van het bureau van het NICAM alsnog te reageren op het beroepschrift van Opposant kort ingegaan. Zij geeft aan blij te zijn met de uitspraak van de Klachtencommissie, niet zo zeer omdat zij haar gelijk wilde halen, zij had zich immers op een gezellig bioscoopuitje verheugd. Klaagster in eerste aanleg geeft aan de gang van zaken te betreuren, omdat het hier geen volwassenen betreft die zelfstandig een beslissing over een film kunnen nemen. Het gaat over kindertjes die van volwassenen afhankelijk zijn. Ouders leggen hun vertrouwen in handen van Kijkwijzer.
Klaagster in eerst aanleg blijft dan ook bij haar standpunt dat de Film veel te aangrijpend is voor kleine kinderen onder de zes jaar. Soms vraagt zij zich af wat er in deze wereld tegenwoordig aan de hand is. Er is zo ontzettend veel geweldpleging op straat dat we het bijna ‘normaal’ gaan vinden. Kinderen hebben totaal nog geen besef dat een scène slapstickachtig bedoeld is en kopiëren dit gedrag op straat, op de peuterspeelzaal en op school. Klaagster in eerste aanleg denkt dat films, televisie en computerspelletjes wel degelijk een grote invloed op kinderen hebben en dat daar iets zorgvuldiger mee omgegaan dient te worden. Zij was niet bij de zitting aanwezig.
De Commissie van Beroep heeft acht geslagen op de stukken die op de zaak betrekking hebben, waaronder het dossier van de Klachtencommissie, evenals op het behandelde ter zitting.
3. De gronden voor het hoger beroep
Tegen de uitspraak van de Klachtencommissie voert Opposant in het beroepschrift en tijdens de behandeling ter zitting de volgende, enigszins verkorte, gronden aan. Het volledige beroepschrift, als ook het eerdere verweerschrift, worden als ingelast beschouwd.
Opposant is zeer teleurgesteld in de uitspraak van de Klachtencommissie. Temeer omdat Opposant altijd zorgvuldig met Kijkwijzer omgaat. Opposant zal een film nimmer uit commercieel oogpunt een AL classificatie geven als deze 6 zou moeten zijn. Wel is Opposant van mening dat kinderen van rond de drie jaar niet in een donkere bioscoop thuishoren. Een bioscoop heeft een andere impact dan een huiskamer. Naar de mening van Opposant heeft Klaagster in eerste aanleg haar klacht overdreven.
De voorzitter van de Commissie van Beroep geeft aan dat de klacht nu eenmaal in behandeling is genomen en dat de Klachtencommissie daar inmiddels een oordeel over heeft gegeven. Opposant dient zich dan ook te verweren tegen de door de Klachtencommissie gegeven beslissing.
Opposant geeft aan dat er in deze kinderfilm, gemaakt door de Engelse Emma Thompson, geen sprake is van geweld in de normale zin van het woord. Ook is de sfeer niet grimmig, zoals de Klachtencommissie in haar uitspraak heeft opgenomen. Bij codeurtrainingen wordt altijd gezegd dat bij het invullen van het classificatieformulier het gezonde verstand niet uit het oog mag worden verloren. Welnu, de klappen in deze kinderfilm, en in deze context, kunnen niet als geweld worden beschouwd. Bij echt geweld is duidelijk te zien dat er een kwaadaardige bedoeling is. Dit laatste is in deze film absoluut niet het geval. Dit is ook duidelijk voor een kind.
Opposant geeft aan dat zij zich eerder kan voorstellen dat de Film de classificatie 6 zou krijgen op basis van angst. In het eerdere verweerschrift heeft Opposant aangegeven dat zij met de classificatie 6 zou kunnen leven nu er een paar keer lijken in beeld komen. Opposant heeft zich toen echter niet gerealiseerd dat een positieve beantwoording van vraag 3.3.2. (Komen er lijken van mensen in de productie voor?) nimmer tot de classificatie 6 leidt.
De Film is bovendien in minstens 13 Europese landen ook AL gekeurd. In Engeland is de classificatie ‘Universal’, dat wil zeggen voor iedereen.
Opposant is van mening dat de Film terecht een AL classificatie heeft gekregen.
Opposant gaat er, gezien het bovenstaande, van uit dat de opgelegde boete niet meer van toepassing is.
4. De beoordeling
Ten aanzien van de aangevoerde gronden tot vernietiging van de beslissing van de Klachtencommissie overweegt de Commissie het volgende.
De Commissie van Beroep is het eens met de stelling van Opposant dat het geweld in de Film, te weten de klap met de pan op het hoofd van de kokkin in de keuken en de klap van de toekomstige echtgenote in het gezicht van de vader, geen geweld is, zoals dat bedoeld is binnen het systeem van Kijkwijzer. De klappen kunnen niet worden beschouwd als schadelijk voor jonge kinderen, omdat het binnen de context van het verhaal van de Film niet bedoeld is als fysiek geweld dat willens en wetens door de ene persoon aan de andere persoon wordt toegebracht.
Daarentegen is de Commissie van Beroep van mening dat de leeftijdsclassificatie 6 gehandhaafd dient te blijven, maar dan op basis van de inhoudscategorie angst. Vraag 3.1.1. (Komen er fantasiewezens voor die zich dreigend gedragen of er dreigend uitzien?) dient volgens de Commissie positief beantwoord te worden. Nanny Mc Phee wordt, zeker aan het begin van de Film, geportretteerd als heks. De wijze waarop zij in de Film haar entree maakt met donder en bliksem doet zelfs de vader en de keukenmeid sidderen. De scène waarin zij voor de deur staat en haar silhouet te zien is, is dreigend. Vervolgens wordt er met snelle flitsen ingezoomd op alle kenmerken in haar gezicht die haar op een heks doen lijken. Bovendien kan zij met haar magische toverkracht de kinderen dingen laten doen, waar zij zelf vervolgens flink bang van worden. Daarbij wijst de Commissie op de scène in de keuken. Met de Klachtencommissie is de Commissie van Beroep van mening dat vraag 3.3.2. (Komen er lijken van mensen in de productie voor?) wel positief beantwoord had moeten worden. Echter, zoals ook al door de Klachtencommissie is gesteld en tijdens de zitting ter sprake is geweest, heeft deze vraag op de classificatie geen enkel effect.
De Commissie van Beroep is derhalve van oordeel dat de classificatie van de Film 6 moet worden op basis van angst in plaats van geweld. De opmerking van Opposant dat kinderen van drie jaar oud nog niet naar de bioscoop zouden moeten gaan, doet hieraan niet af, nu de Film ook buiten de bioscoop vertoond en uitgezonden zal worden. Het aangeven van schadelijke elementen is daarom wel degelijk van belang.
Het verweer van Opposant dat de Film in vele Europese landen een AL classificatie heeft, legt de Commissie naast zich neer. Kijkwijzer is een uniek systeem dat gebaseerd is op mogelijke schadelijkheid van audiovisueel materiaal en daarin afwijkt van andere Europese classificatiesystemen. Het staat de lidstaten van de EU vrij om voor distributeurs op hun grondgebied nadere eisen te stellen die distributie van de film op zichzelf niet verhinderen. Een classificatiesysteem verhindert de verspreiding van de film niet en kan, voorzover zij als een handelsbelemmering kan worden opgevat, bij het ontbreken van een gemeenschappelijke regeling, zijn rechtvaardiging vinden in de bescherming van minderjarigen.
Bij de beoordeling van de vraag of en zo ja welke sanctiemaatregel dient te worden opgelegd, heeft de Commissie acht geslagen op alle relevante omstandigheden, waaronder de aard en de ernst van de overtreding, de mate waarin de overtreding aan de Opposant is te wijten en de omstandigheden waaronder de overtreding tot stand is gekomen. Dat de inhoudscategorie geweld plaats heeft gemaakt voor angst kan op zichzelf geen reden zijn om de opgelegde boete te wijzingen; de Film blijft immers verkeerd geclassificeerd. Classificatie op grond van angst is bij deze Film ook niet onvoorzienbaar. Opposant is een landelijk opererende filmdistributeur, waarvoor elk punt € 2000, - is. Nu het gaat om een verkeerde classificatie van één inhoudscategorie, blijft de boete derhalve € 2000,-.
De Commissie van Beroep, op vorenstaande gronden beslissende:
bekrachtigt de beslissing van de Klachtencommissie van het NICAM van 3 april 2006, voorzover het betreft de leeftijdsclassificatie 6 voor de Film en de daarvoor opgelegde boete van € 2000, -, doch vernietigt de beslissing van de Klachtencommissie dat deze leeftijdsclassificatie het gevolg zou zijn van de inhoudscategorie geweld en zet deze om in de categorie angst.
Hilversum, 7 juni 2006