Klachtnummer: 051213.02
Beslissing van de Klachtencommissie van het Nederlands Instituut voor de Classificatie van Audiovisuele Media (NICAM)
Audiovisuele productie: ‘They’, hierna te noemen: de Film
1. De procedure
Klager heeft met gebruikmaking van het NICAM klachtenformulier op 13 december 2005 een klacht ingediend met betrekking tot de Film. De voorzitter van de Klachtencommissie heeft de klacht conform artikel 6 lid 1 van het Klachtenreglement van het NICAM getoetst en bepaald dat de klacht in behandeling kan worden genomen. Beklaagde sub 2 heeft tegen de klacht verweer gevoerd bij brief van 20 januari 2006. Beklaagde sub 1 heeft bij brief van 27 januari 2006 verweer gevoerd. De Klachtencommissie heeft de klacht behandeld in haar zitting van 15 februari 2006. Klager noch Beklaagden hebben, na deugdelijke oproeping, gebruik gemaakt van de mogelijkheid hun standpunt mondeling toe te lichten.
2. De bestreden audiovisuele productie
De Film gaat over een jonge man en vrouw die twintig zijn en in hun jeugd aan nachtmerries leden. Dan vertelt de man aan de vrouw dat zijn nachtmerries weer terug komen. Niet lang daarna krijgt zij ze ook weer en gaat zij zich teweer stellen tegen de spoken uit haar nachtmerrie. De Film is door Beklaagde sub 2 geclassificeerd met behulp van het NICAM classificatieformulier versie 1.1 en is uitgekomen op ‘let op met kinderen tot 12 jaar’ (12) in combinatie met de inhoudscategorie angst (pictogram: spinnetje).
3. De klacht
De klacht richt zich op de inhoudscategorieën geweld en angst. Verkort weergegeven voert Klager aan dat zijn dochters van 13 en 14 jaar oud de Film wilden bekijken. Omdat in het TROS Kompas geen Kijkwijzerclassificatie werd weergegeven, ging Klager er vanuit dat de Film, die om 20:30 uur werd uitgezonden, de leeftijdsclassificatie 12 had of misschien ‘Alle Leeftijden’ (AL). Na het zien van de Film is Klager echter van mening dat het de classificatie 16 had moeten zijn. De dochter van Klager had de nacht na het bekijken van de Film een nachtmerrie. In de Film komen wezens voor die kinderen en adolescenten in hun macht proberen te krijgen, hetgeen tot zeer angstige personen leidt. Met deze personen loopt het volgens Klager niet goed af. Ook komen er in de Film volgens Klager zeer angstaanjagende geluiden, griezeleffecten door monsters en ernstige verwondingen voor. De Film is volgens Klager een opeenstapeling van beangstigende situaties zonder momenten van rust of hoop. Verder speelt alles volgens Klager zich af in een voor kinderen alledaagse omgeving.
4. Het verweer
In haar verweerschrift geeft Beklaagde sub 1, hieronder verkort weergegeven, het volgende aan. Beklaagde sub 1 heeft de Film niet zelf geclassificeerd; de Film was eerder door Beklaagde sub 2 geclassificeerd. Beklaagde sub 1 beroept zich op het NICAM-principe dat een aangeslotene, wanneer er al een classificatie rust op een audiovisueel product, deze over dient te nemen indien zij het product (opnieuw) wil uitzenden. Daarnaast geeft Beklaagde sub 1 aan dat zij geen verantwoordelijkheid kan dragen voor het ontbreken van de classificatie van de Film in de TROS Kompas daar Beklaagde stelt dat zij de betreffende classificatie wel doorgegeven heeft aan alle zenders, dus ook aan de TROS.
Beklaagde sub 2 geeft in haar verweerschrift, verkort weergegeven, het volgende aan. De onjuiste classificatie zoals weergegeven in de TROS Kompas kan Beklaagde sub 2 niet tegengeworpen worden. Volgens Beklaagde sub 2 kan dit hooguit de uitgever van de gids worden verweten die er op had moeten toezien dat de classificatie werd vermeld en aangeleverd door Beklaagde sub 1. Beklaagde sub 2 geeft aan dat Klager de mogelijkheid had, zijn dochters kennende, om in te grijpen gedurende het kijken van de Film en van zender te wisselen. Dit is klaarblijkelijk niet gebeurd en conform het algemene advies van het NICAM heeft Klager vermoedelijk bepaald dat de Film geschikt was voor zijn dochters. Met betrekking tot de classificatie van de Film geeft Beklaagde sub 2 aan dat de classificatie 12 op basis van de inhoudscategorie angst juist is, daar er geen sprake is van hevige griezeleffecten, extreem angstaanjagende geluiden dan wel ernstige verwondingen en/of gehavende lijken. Overigens merkt Beklaagde sub 2 op dat volgens het Deelreglement Televisie van het NICAM de omroepen zelf verantwoordelijk blijven voor het beoordelingsresultaat, ongeacht het feit dat ze in principe een eerdere beoordeling over dienen te nemen.
5. Het oordeel van de Klachtencommissie
De Klachtencommissie acht Klager ontvankelijk in zijn klacht. De Klachtencommissie is van oordeel dat hier sprake is van een situatie, zoals opgenomen in artikel 8 Deelreglement Televisie, dat handelt over de zogenaamde ‘eerste classificatie’. Klager heeft immers geklaagd over de film ‘They’, uitgezonden door Beklaagde sub 1, terwijl de film in een eerder stadium volgens de regels van Kijkwijzer is geclassificeerd door Beklaagde sub 2. Artikel 8 bepaalt dat, indien er sprake is van een eerdere classificatie op het product (bijvoorbeeld gedaan door een filmverhuurder of videodistributeur), de omroepinstelling deze in principe dient over te nemen. Deze omroepinstelling kan te goeder trouw overgaan tot het uitzenden van de betreffende film op een tijdstip dat in overeenstemming is met het oorspronkelijke classificatieresultaat. De omroepinstelling mag zich op het bepaalde in dit artikel beroepen, indien er een klacht wordt ingediend naar aanleiding van het classificatieresultaat en het uitzendtijdstip van de betreffende film. De Klachtencommissie heeft het door Beklaagde sub 2 indertijd gehanteerde classificatieformulier 1.1 zelf toegepast op de Film en behandelt hieronder de relevante vragen. Daar classificatieformulier 1.1 niet meer in gebruik is, zal de Klachtencommissie indien nodig de corresponderende vraagnummers uit het huidige classificatieformulier noemen.
Binnen de inhoudscategorie angst heeft Beklaagde sub 2 vraag 3.1.8. (Hoe vaak komt zelfmoord of een poging daartoe voor?) ten onrechte met ‘nooit’ beantwoord. De Klachtencommissie is van mening dat hier ‘1 keer of vaker’ ingevuld moeten worden, en wijst op de jongen die in een restaurant zichzelf door het hoofd schiet. Beklaagde sub 2 heeft vraag 3.2.2. (Zijn er beelden van zeer angstige mensen als gevolg van geweldsacties van andere levende wezens (mensen, dieren, monsters) of dreigingen daarvan?) terecht met ‘1 keer of vaker’ beantwoord. Echter vraag 3.2.3. (Loopt het met de zeer angstige mensen steeds, dus in alle gevallen direct goed af?) heeft Beklaagde sub 2 onterecht met ‘ja’ beantwoord. Hier had naar de mening van de Klachtencommissie ‘nee’ ingevuld moeten worden, gelet op de kunstschilder, de vrouw in het zwembad, het jongetje aan het begin van de film en de wanhopige vrouw achter glas. Vraag 3.3.1. (Komen er extreem angstaanjagende geluiden of muziekeffecten voor in de productie?) heeft Beklaagde sub 2 eveneens ten onrechte met ‘nooit’ beantwoord. De muziekeffecten in de Film zijn dermate eng dat deze vraag bevestigend beantwoord moet worden. Vraag 3.3.2. (3.3.4. in versie 1.2) (Komen er verwondingen voor in de productie?) heeft Beklaagde sub 2 voorts ook ten onrechte met ‘nooit’ beantwoord. Deze vraag moet met ‘1 keer of vaker’ beantwoord worden. De verwondingen zijn echter niet ernstig, waardoor vraag 3.3.3. (3.3.5. in versie 1.2) in versie 1.2) met ‘nooit’ beantwoord dient te worden. Vraag 3.3.5. (3.3.6. in versie 1.2) (Zijn er hevige griezeleffecten ten gevolge van bovennatuurlijke krachten of (buitenaardse) monsters?) heeft Beklaagde sub 2 terecht met ‘1 keer of vaker’ beantwoord. Ook vraag 3.4.1. (Spelen de angstwekkende situaties zich af in een voor kinderen alledaagse/gewone omgeving?) is door Beklaagde sub 2 eveneens terecht met ‘1 keer of vaker’ beantwoord. Ook de resterende vragen binnen deze inhoudcategorie zijn door Beklaagde sub 2 juist beantwoord. Bovenstaande beantwoording brengt de classificatie ten aanzien van angst op 16.
De overige categorieën zijn op de Film niet van toepassing.
6 a. De beslissing van de Klachtencommissie ten aanzien van Beklaagde sub 2
Gelet op het hiervoor overwogene acht de Klachtencommissie de klacht ten aanzien van Beklaagde sub 2 gegrond. De classificatie van de film dient uit te komen op 16, op basis van angst. Beklaagde sub 2 dient binnen vier weken na dagtekening van deze uitspraak de door de Klachtencommissie aangegeven classificatie 16 in combinatie met het inhoudspictogram voor angst zelf alsnog in te voeren in de database van het NICAM.
De Klachtencommissie gaat conform artikel 13 lid 1 onder C Klachtenreglement van het NICAM over tot het opleggen van een boete aan Beklaagde sub 2, nu er in eerdere uitspraken (onder andere klachtnr. 050411.01 ‘Cursed’) tegen Beklaagde sub 2 een klacht gegrond is verklaard. De onderhavige overtreding valt binnen de categorie A ‘Inhoudelijke overtredingen’; de Film is fout geclassificeerd. Beklaagde is een landelijk opererende filmdistributeur, waarvoor elke punt € 2000,- bedraagt. Nu er één inhoudscategorie verkeerd geclassificeerd is, brengt dit voor Beklaagde sub 2 een boete met zich mee van € 2000,-.
6 b. De beslissing van de Klachtencommissie ten aanzien van Beklaagde sub 1
De Klachtencommissie acht de klacht ten aanzien van Beklaagde sub 1 eveneens gegrond. De Klachtencommissie gaat echter niet over tot het opleggen van een sanctie vanwege het geslaagde beroep op artikel 8 Deelreglement Televisie.
Partijen hebben, voor zover zij in het ongelijk zijn gesteld, de mogelijkheid tegen deze uitspraak beroep aan te tekenen bij de Commissie van Beroep van het NICAM. Het beroepschrift dient binnen vier weken na dagtekening van de uitspraak van de Klachtencommissie schriftelijk bij de secretaris van de Commissie van Beroep te worden ingediend. Het adres luidt: NICAM, Commissie van Beroep, Postbus 322, 1200 AH Hilversum.
Hilversum, 15 maart 2006